“ Vous ê tes ” of “ Ê tes-vous ”  ?

Een vriend van mij en ik waren aan het discussiëren over het verschil tussen “Vous êtes” en “Êtes-vous” – en ik kon niets concluderen.

Zijn “Vous êtes” en “Êtes-vous” hetzelfde? Zo nee, wat is het verschil? Is “Êtes-vous” voor vragen? En, mag ik het volgende zeggen?

Vous êtes beau / belle.

Êtes-vous beau / belle.

Answer

In formele taal hebben affirmaties subject – werkwoord – object complementeert volgorde en ja / nee vragen hebben werkwoord – onderwerp – object complementen volgorde. Dus,

  • Vous êtes beau is een bevestiging.

  • Êtes-vous beau? is een ja / nee-vraag.

    (Als het onderwerp nog geen voornaamwoord is, komt het eerst en een voornaamwoord wordt toegevoegd na het werkwoord om vragen te vormen. Bijv. Pierre est-il beau? )

In gewone taal vind je er nog twee manieren t o stel een vraag:

  • Est-ce que vous êtes beau?

    Hier is de inversie van het onderwerp-werkwoord beperkt ( intern) aan de universele “ Est-ce que ” vraaginbrenger.

  • Vous êtes beau? … met de juiste intonatie.

    In dit geval laat alleen de intonatie (of het vraagteken op schrift) iemand toe om het te begrijpen “een vraag.

Antwoord

Het tweede formulier mist een vraagteken en dat zou moeten zijn:

Êtes- vous beau / belle?

ie

Ben je knap?

en kan niet anders zijn dan een vraag, de eerste is slechts een stelling (of een luie / informele vraag).

Je bent knap [?]

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *